Daarnaast kunnen factoren rond het functioneren van het kind of de jeugdige op sociaal- emotioneel gebied een rol spelen. Bij het afnemen van een intelligentietest komt niet alleen een beeld van de intelligentie, de cognitieve stijl en de werkhouding van het kind naar voren,  maar wordt ook een korte indruk gevormd van persoonlijke aspecten en eigenschappen.

Enkele persoonlijke aspecten, die een negatieve invloed op het cognitieve functioneren van het kind kunnen hebben zijn: onzekerheid, overgevoeligheid, temperament, zelfbepalendheid, koppigheid, speelsheid, ontevredenheid en vermoeidheid. Dit soort zaken kunnen via observaties, korte gesprekjes en gerichte opdrachten naar voren komen.

Mochten bepaalde aspecten op persoonlijk gebied een negatieve rol spelen in de ontwikkeling en het functioneren van het kind of de jeugdige op cognitief vlak of over het algemeen is het goed om hier nadere aandacht aan te besteden.

Met behulp van een sociaal-emotioneel onderzoek (ook wel een persoonlijkheidsonderzoek genoemd) kunnen aspecten op sociaal-emotioneel gebied nader in kaart worden gebracht. De aanbevelingen, voortkomend uit het onderzoek, zijn gericht op het verbeteren van deze aspecten.