De begeleidingscontacten met jonge kinderen zijn vaak speels van aard. Al spelend en knutselend komen bepaalde zaken aan de orde. Bij kinderen in de leeftijd van de basisschool zijn de begeleidingscontacten vaak gericht op het verkrijgen van inzicht, het verbeteren van vaardigheden of het oefenen om anders (beter en efficiënter) met bepaalde zaken om te gaan. Dit gebeurt op een speelse en ongedwongen manier. Het kan zijn dat het nodig is dat de ouders of één van de ouders bij de begeleiding aanwezig is.
Via praten, spelen, tekenen en knutselen kunnen moeilijke zaken doorgenomen worden en wordt er samen met het kind en eventueel de ouder gekeken naar mogelijkheden om de problematiek op te lossen of te verbeteren.
De meeste kinderen ervaren de begeleidingscontacten als zeer prettig. Zonder dat ze merken dat er aan een probleem gewerkt wordt kunnen op een gezellige en speelse manier goede resultaten worden bereikt. De begeleiding van een jeugdige is meer verbaal en de benadering is meer volwassen getint.